Hoofdrechtingsreflexen (HRR)
De hoofdrechtingsreflex (HRR) is geen primaire reflex, maar een posturale reflex (posturaal betekent houding). De HRR ontwikkelt zich in de 3e tot 4e maand na de geboorte en blijft het hele leven actief. Deze reflex zorgt ervoor dat het hoofd een verticale stand behoudt als de positie van de romp verandert. Daardoor blijven de ogen ook in een verticale positie staan. Dat is nodig om de ogen goed te laten functioneren, omdat dan het waargenomen beeld zoveel mogelijk stil blijft staan.
De HRR vereist een goede samenwerking van ogen en evenwichtsorgaan. Daarom wordt de HRR ook wel onderverdeeld in twee afzonderlijke delen:
– de oculaire hoofdrechtingsreflex (reactie op informatie vanuit de ogen)
– vestibulaire hoofdrechtingsreflex (reactie op informatie uit het evenwichtsorgaan).
Als beide reflex-delen goed werken, kan iemand de romp naar links, rechts, voor of achter bewegen terwijl het hoofd rechtop blijft en de ogen verticaal. Het lichaam zal er alles aan doen om die verticale stand te waarborgen. Als deze reflexen niet goed werken, dan zal het lichaam zich letterlijk in allerlei bochten gaan wringen om die stand toch te bereiken en vast te houden. Dit kan leiden tot hardnekkige houdingsafwijkingen en een te hoge spiertonus in delen van het lichaam.
De hoofdrechtingsreflexen kunnen pas goed functioneren als de onderliggende primaire en overgangsreflexen ver genoeg onder controle zijn gekomen. Omdat de HRR zoveel (rest-)klachten kunnen veroorzaken, worden na een behandelreeks primaire en overgangsreflexen ook altijd de hoofdrechtingsreflexen gecontroleerd.
Bij niet goed ontwikkelde hoofdrechtingsreflexen kunnen onder andere onderstaande klachten ontstaan:
- slecht evenwicht
- slechte coördinatie
- problemen met zien (focussen, nabeeld)
- moeite met inschatten van hoogte / diepte
- houdingsafwijkingen
- hoofdpijn / migraine
- moeite met verwerken van informatie vanuit de ogen
- moeite met verwerken met informatie vanuit het evenwicht- en gehoororgaan